Netwerken van wederzijdse support en solidariteit : over geloven in jezelf

Drie jaar geleden werd Aisha aangemeld voor een individuele therapeutische begeleiding. Ze zat slecht in haar vel en geloofde niet meer in zichzelf of in de wereld. Relaties leken stuk voor stuk fout te lopen. Vriendschappen werden beëindigd, haar ouders waren niet beschikbaar. De vraag leek simpel, of ik haar weer kon doen vertrouwen en geloven in zichzelf. Het werd reeds herhaaldelijk tegen haar gezegd door haar omgeving: ‘Kop op, je hebt al zoveel meegemaakt, je bent een sterke meid!’.

De systemische ideeën in gedachten dat kinderen niet geïsoleerd op een eiland leven, los van relaties en contexten bood hier tegenwicht om niet meegezogen te worden in deze instructies. Drie jaar later nam ik met onderstaande brief afscheid van een 18-jarige met een herwonnen gevoel van verbondenheid met betekenisvolle anderen en haar omgeving.

Ik mocht Aisha interviewen in het kader van ons project Netwerken van support en solidariteit’ waarbij we speuren naar (her)verbindingen die betekenisvol zijn en verschil maakten en nog steeds kunnen maken in het levenspad van kinderen en jongeren. We willen hen hierbij graag als (co-)regisseur van zijn netwerk laten opereren en hun besef van invloed bevorderen.

Hieronder vind je de brief die ik Aisha bezorgde na ons gesprek met daaropvolgend een reflectie over de betekenis van dit interview. Op de viering van het 50-jarig jubileum van de Interactie-Academie wordt dit project eveneens gepresenteerd. Informatie over deze presentatie en de systemische concepten en uitgangspunten die tijdens onze gesprekken als leidraad gebruikt werden vind je  hier. 

We willen tevens een warme oproep doen om niet enkel het interview te lezen maar ons, en vooral Aisha, iets terug te geven van wat je raakte in dit verhaal of wat je meeneemt. Mocht je met jongeren spreken die zoekende zijn of worstelen met gelijkaardige thema’s, laat zeker niet na om het interview ook met hen te delen en ons terugkoppeling te geven. Meer info daarover zie je onderaan deze brief. 

Dag Aisha, 

3 jaar geleden kruisten onze wegen. Het begin van een kronkelig pad, dat we deels samen bewandelden. Periodes van intensief samenwerken, afgewisseld met periodes van loslaten en zelf uitproberen. Een pad van vallen en opstaan, voor jou, maar af en toe ook voor mij. 

Tijdens één van onze meer recente gesprekken bekeken we waar je nu staat. Je merkte op dat je gegroeid bent als persoon, ook emotioneel. Er zijn nog lastige momenten, maar je laat je niet meer uit je lood slaan. Je leerde om met oma te praten over je gevoelens en over wat je nodig hebt. En oma leerde om echt naar je te luisteren en niet direct alles te willen oplossen.

Als ik voorzichtig aangaf dat het misschien tijd is om ‘alleen’ verder te gaan, om de therapie af te ronden, viel dit je heel zwaar. De angst om het ‘alleen’ te moeten doen overviel je. Je voelde je in de steek gelaten, een gevoel dat je maar al te goed kent. Een lastig gevoel waarbij je gaat twijfelen aan jezelf. Opnieuw… En ook voor mij een lastig gevoel… Ging dit te snel ? Was de timing niet juist ? Of maakte ik net het ondenkbare denkbaar door het uit te spreken ? 

Drie jaar geleden is het ondertussen, onze eerste ontmoeting. Samen met oma en je toenmalige pleegzorgbegeleidster maakten we kennis op onze dienst. Ik leerde je kennen als een vlot meisje, tijdens ons eerste gesprek wist je heel goed uit te drukken waaraan je wilde werken.  Je wilde je vertrouwen terug vinden in mensen en vooral in jezelf. Je wilde weerbaarder worden en goede vriendschappen leren opbouwen.  En ik leerde je ook kennen als ‘een meisje met een grote rugzak’, een term die we binnen pleegzorg vaak gebruiken als we spreken over kinderen met een woelig levensverhaal.

Vijftien jaar was je toen, voor vele jongeren het moment waarop het leven begint en er een nieuwe wereld opengaat. Jij doorzwom al heel wat watertjes. Je groeide op als dochter van een mama met een verslaving, verhuisde op korte tijd drie keer en moest ook telkens weer van school veranderen. Je vader had je op het moment van onze ontmoeting al twee jaar niet meer gezien. Maar met oma aan je zijde legde je een hele weg af. Jullie waren (en zijn) 2 handen op 1 buik. Op vele vlakken vullen jullie elkaar aan.

Oma is een doener: bij problemen, zoekt ze naar oplossingen, ze laat het hoofd niet hangen. Jij bent een denker en vooral ook een ‘voeler’: iemand die emoties zeer intens ervaart en er ook wel eens door overspoeld wordt.  Hoewel dit soms botste, leerde oma jou vooruit te kijken en leerde jij oma stilstaan bij de moeilijke dingen in jullie leven.  

In plaats van onbezonnen aan je puberjaren te beginnen, voelde jij op dat moment in je leven een zware last. Je piekerde veel en als het je teveel werd, ontplofte de bom. Je kon dan erg boos worden op oma. Dit ging gepaard met harde woorden en het slaan van deuren. Je kamer was voor jou op dat moment je toevluchtsoord. Doorheen de jaren raakte je het vertrouwen in mensen  kwijt en het verlies van een stukje vertrouwen in jezelf. Maar je was vastberaden, daar wilde je iets aan doen ! 

Drie jaar geleden gingen we samen aan de slag. We praatten over de vele keren dat je verhuisd bent, de verschillende scholen, de gebeurtenissen met mama, de verhalen over papa, liefdesverdriet,… Vele mensen kwamen en gingen weer zowel in je leven als in onze gesprekken, allerlei indrukken achterlatend in die grote rugzak van jou. 

Ik was onder de indruk van het meisje in mijn kamer die heel goed weet wat ze wil. En ook wat ze niet wil. Zo heb jij een heel uitgesproken mening over drugs en alcohol. Vrienden gingen experimenteren, maar jij liet het voor wat het was. Je ziet nog regelmatig welke schade het kan aanrichten. Als anderen hier lacherig over doen, kom je op voor je standpunt. 

Het schoolse traject liep niet van een leien dakje. Je droomt er al lang van om zelf als hulpverlener later iets te betekenen in het leven van anderen. In de richting Humane Wetenschappen, zat je niet goed in je vel. Je leverde een struggle met een heel pak emoties. Ondanks de grote inzet,  was het resultaat niet zoals gehoopt. Diep teleurgesteld sloeg je een andere weg in. Maar je bleef ervoor gaan.  

Drie jaar geleden startte onze gezamenlijke weg als een eerder hobbelig pad. Het leven stond niet stil. Nieuwe uitdagingen kwamen op je weg. Soms ging je die aan, een andere keer liet je ze passeren. Bij aanvang van de therapie was je vastbesloten om papa nooit nog een kans te geven. Hij had je in de steek gelaten en deze keer zou je hem niet meer vergeven.  Je wilde niet meer gekwetst worden en wilde ook niet dat oma nog gekwetst zou worden.

Toen papa zelf terug contact zocht via je begeleidster, voelde je een grote twijfel. Je verlangde naar een vader, naar een ouderfiguur, naar iemand die je onvoorwaardelijk graag zou zien. Maar je was in het verleden zo vaak teleurgesteld geweest. Na lang aarzelen, wikken en wegen, zette je toch de stap om opnieuw te bouwen aan contacten. Met goedkeuring van oma, hoe moeilijk dit ook voor haar was. We dachten veel na over het ‘overlevingsmechanisme’ dat je had opgebouwd. Je had een muur om je heen die je beschermde tegen teleurstellingen en tegenslagen, maar die je soms ook belette om nieuwe horizonten (of verdwenen horizonten) te verkennen. 

Je probeerde de teugels in handen te houden en bepaalde zelf de regie. Dit liep soms goed af, een andere keer niet en dan had je spijt van je beslissing. Dit haalde je wel eens onderuit, het kon dan erg donker worden in je hoofd. Je ging opnieuw twijfelen aan jezelf en kreeg dan het gevoel dat je er nooit alleen uit zou geraken. Dit leidde zelfs tot suïcidegedachten. En een opname op een afdeling voor kinder-en jeugdpsychiatrie.

Na minder dan een week hield jij het daar voor bekeken. Dit wilde je nooit meer, je zou er terug voor gaan en laten zien dat je sterk genoeg was om er uit te komen.  Samen gingen we op zoek naar steunfiguren. Zowel nonkel, als oma, als papa waren op dat moment mensen die voor jou heel belangrijk waren. 

3 jaar geleden leerde ik je kennen als een onzeker meisje dat het gevoel had geen controle meer te hebben over zichzelf en de wereld rondom haar. Je zat niet goed in je vel en negatieve gedachten namen regelmatig de bovenhand. 

Ondertussen ben je 18 jaar en zit je in je laatste jaar middelbaar onderwijs. Je wil pleegzorgbegeleidster worden later. Zo kan je je eigen ervaringen inzetten om anderen te helpen. Je baande jezelf een weg door het leven en zocht naar manieren om met je situatie om te gaan. Met oma aan je zijde, in goede en kwade tijden. En met mij aan je zijde, al dan niet op de achtergrond.

Doorheen de jaren leerde je jezelf steeds beter kennen. Je leerde omgaan met de vele emoties. Ze zijn niet langer een last, maar ze vertellen je dat je ergens mee zit. Je hebt geleerd om te luisteren naar jezelf en naar anderen in plaats van je terug te trekken in jezelf of je af te sluiten. Je hebt geleerd te vertrouwen op jezelf, en ook om jezelf verder te ontplooien in plaats van een muur op te zetten. Want door jezelf te veel te beschermen miste je ook goede kansen in het verleden.

En oma en je nonkel reizen ondertussen met je mee. Ze zullen er altijd zijn voor jou en spraken deze verbintenis ook uit. En ook papa stapt stilaan mee op je weg. Voorzichtig, stapje voor stapje, niet te ver vooruit kijkend. 

Vorige week hadden we ons ‘laatste’ gesprek. We hebben het zo niet benoemd, daar lijkt het jou nog te vroeg voor. Maar we legden geen volgende afspraak vast, ik blijf ‘standby’, je kan me bellen wanneer je de nood voelt aan een gesprek. Ik heb geen idee wanneer onze wegen elkaar nog gaan kruisen. Ik kan alleen maar zeggen dat ik blij ben dat ik deel mocht uitmaken van jou weg.

Je liet me zien dat jongeren, ondanks hun heftige levenspad, veel potentiële krachten meedragen. Dat die krachten soms ondergesneeuwd zijn en veel tijd vragen om terug boven te komen. Samen dachten we na over verleden en toekomst en hoe deze te verenigen zijn ook al lijken ze mijlenver uit elkaar te liggen. Voor iedereen is een toekomst weggelegd, ook al is de hoop soms ver weg. 

Groetjes, 

Leen 

En zo gaat Aisha ondertussen haar eigen weg, geruggesteund door oma, haar nonkel, haar pleegzorgbegeleider, haar vader,… Ze weet nog steeds niet wat haar pad zal brengen, maar heeft een plan voor de toekomst en vertrouwt erop dat er ook voor haar een mooi verhaal is weggelegd. Ze gelooft opnieuw in zichzelf en heeft ook mogen ervaren wat zij kan betekenen voor anderen. En wat ze mogelijks nog zal betekenen voor anderen als ze in de toekomst zelf haar stappen zet als hulpverlener.

Toen ik haar laatst opbelde met de vraag of ik haar brief mocht delen met anderen, zei ze met enige trots onmiddellijk ja. Anderen kunnen helpen met haar verhaal is een mooi vooruitzicht voor haar. Het is een verhaal van vallen en opstaan, maar het is ‘haar’ verhaal.

Beste lezer, aarzel niet om ons en vooral Aisha een antwoordje te bezorgen! Wat heeft je geraakt en wat neem je mee uit dit interview? Waren er bepaalde uitspraken, zinnen of thema’s die specifiek je aandacht trokken? Bracht het lezen je bij bepaalde eigen ervaringen? We zijn ook uitermate nieuwsgierig naar wat je voor jezelf of je werk meeneemt uit dit interview. Zet het je verder aan het denken? Leidt het tot bepaalde voornemens? We kunnen jullie alvast meegeven dat Aisha zelf het interview een waardevolle ervaring vond! 

_____

Leen Baeyens is werkzaam binnen Pleegzorg 

Reageren kan via : 

Sabine.vermeire@iaac.eu 

We zorgen dat je antwoord, mail of brief op bestemming komt. 

One thought on “Netwerken van wederzijdse support en solidariteit : over geloven in jezelf

  1. Vanuit een relationele perspectief, waarin de verbondenheid tussen mensen wordt benadrukt, ligt het anders. Dan is veel minder een vermeende ‘botsing’ tussen autonome individuen aan de orde, maar veeleer de verbondenheid tussen mensen. Filosofe Suzanne van den Eynden, in navolging van onder andere de Amerikaanse filosoof John Christman, biedt wat dat betreft een interessant perspectief. Ze schrijft dat hulp bij voltooid leven niet een juridische verhouding is tussen een recht (op stervenshulp) en een plicht (om die hulp te verlenen), maar een veel minder overzichtelijke, complexe relatie van zorg en respect. Het gaat dan niet om een wettelijk opeisbaar recht waarbij een andere partij dient te ‘leveren’, maar om de verhouding tussen mensen – familie, vrienden en begeleider – die in samenspraak tot een beslissing en uitvoering komen. Daarbij moet worden opgemerkt dat die beslissing best gepaard kan gaan met spanningen en meningsverschillen over wat ‘juist’ is. Dat is menselijk. Geen regel die daar verandering in kan brengen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe uw reactie gegevens worden verwerkt.