Zwanger zijn (we dat alleen?)

Hier zijn we dan. De grote onthulling over het kleine mensje dat in mij groeit, roept allerlei reacties op: “Hopelijk is het een meisje!” “Wacht maar, met twee kinderen heb je geen tijd meer voor jezelf!” “Zou je wel terug thuis bevallen?”

De verhalen die we delen over zwangerschap, geboorte en kraamtijd zijn velerlei. Weinig onderwerpen met zoveel contradictorische meningen, ideeën en niet te vergeten maatschappelijke invloeden. Je moet als het ware zwangerschapskwaaltjes hebben, maar mag niet gezegd hebben dat zwanger zijn niet leuk is. Je moet het rustig aan doen, maar wordt verwacht te blijven werken, liefst tot zo dicht mogelijk tegen de bevalling. Je wordt verwacht pijn te lijden tijdens de bevalling, maar er wordt amper gesproken over de overweldigende emoties tijdens de kraamtijd.

Waar de indrukken me in mijn eerste zwangerschap me soms overspoelden, voel ik nu meer houvast. Ik zie beter waar de goedbedoelde raad vandaan komt én de effecten op mezelf. Ik besef dat er geen ontkomen aan is: ik bevind me in een niet-aflatende stroom van maatschappelijke ideeën. Deze systemische bril maakt dat ik kalmer blijf en zo ook dichter bij mijn eigen gevoel in deze veelzijdige en permanente betrokkenheid van allerlei mensen op dit nieuwe leven. Ik hoor wat zij binnenbrengen en vraag me tegelijk af: ‘wat wil ik nu eigenlijk? Waar zit mijn invloed in deze overgang van vrouw naar zwangere vrouw naar moeder?’

In de reguliere zorg is de stem van de zwangere vrouw soms ver te zoeken en is vooral de stelling ‘als de baby maar gezond is’ het leidende betoog. Maar wat met ‘het omhulsel’ van de baby? Wordt er wel voldoende stilgestaan bij alle emotionele, lichamelijke, psychische of spirituele ontwikkelingen die een (aanstaande) moeder doormaakt? En wat met alle veranderingen voor een (aanstaande) vader? Grootouders, andere kinderen, buren, vrienden,… het lijkt wel iedereen te beïnvloeden.

Het vraagt dus heel wat standvastigheid van de toekomstige ouders om hier een eigen verhaal van te maken. Ik lees me in over prenatale invloeden, over ‘infant mental health’, over ‘parentale burn-out’ en maak mijn geboorteplan voor bevalling én kraamtijd. Zo bouw ik stap voor stap aan mijn verhaal: hoe wil ik bevallen? Wil ik mijn 3-jarig zoontje dicht bij mij? Welke al dan niet noodzakelijke ondersteuning is voor mij en mijn partner belangrijk? Hoe wil ik mijn kraambezoek regelen? Hoelang wil ik borstvoeding geven? Het is een afstemmen van eigen noden en behoeften, in onderhandeling met je omgeving, die ook weer wensen en ideeën hebben.

En tegelijk bekruipt me het gevoel dat ik opnieuw hard aan het werken ben. Hoe komt het dat dit (nog) niet meer ingebed is in onze reguliere zorg? Het collectieve narratief is er één van prenatale echo´s, glucosetesten, bevalangst en geboortelijsten. Ik mis hier een breder perspectief: die van veranderende lijven, onzekerheid en twijfels, maar ook geloof in de kracht van ons lichaam, van een ‘village to raise a child’, van kraamkost en lekkende borsten, van vrouwen die aangemoedigd worden om mee zeggenschap te hebben over hun lijf en hun bevalling, over vragen aan partners hoe zij dit alles beleven,…

Er is zeker een frisse wind vanuit Infant Mental Health. Zij leggen de nadruk op een veilige start voor baby én moeder. Waar ik me kan voorstellen dat dit de druk kan verhogen (nóg iets dat moet!), geeft het mij net rust om te weten dat er tenminste ook naar mij wordt geluisterd in die kwetsbare overgangsperiode. Dat er stilletjes aan aandacht komt voor de verhalen en belevingen van moeders. De geboorte van een kindje betekent immers ook de geboorte van een mama. Dát is voor mij een perspectief dat niet in de kou mag blijven staan. Laten we stap voor stap de invloeden en betrokkenheid van ‘the village’ terug zichtbaar maken, te beginnen met de zorg voor en rondom ouders.

Het is voor mij een erkenning in mijn gevoel dat een zwangerschap immers zoveel meer is dan een baby in een vrouwenlichaam. Het is een alles veranderende transitie die iedereen beroert en waar gepaste zorg noodzakelijk is. Voor de kersverse baby én zijn omgeving.

_____

Toke Michielsen is klinisch psycholoog en systeemtheoretisch psychotherapeut (i.o.). Ze werkt op de afdeling kinderoncologie in het Universitair Ziekenhuis Antwerpen.

One thought on “Zwanger zijn (we dat alleen?)

  1. Heel fijn, (dat pleiten voor) die brede kijk. Verwoordt m.i. heel goed de ongelooflijk ingrijpende veranderingen die komen te kijken bij het op de wereld zetten van een kind. Ik voelde me gezien als moeder, en denk dat een vader, grootmoeder, grote broer of zus, omgeving, … dat ook zullen herkennen!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe uw reactie gegevens worden verwerkt.