Mag ik deze dans?  Een nachtelijke wals met discourses  

Het is na drie uur ’s nachts. Al meer dan een uur lig ik te woelen en piekeren in bed in m’n ouderlijke huis. Ik staar naar de fluorescerende sterren die de kinderen van mijn broer in mijn oude kamer aanbrachten. Ik ben op logement: mijn ouders zijn op vakantie en ik heb de thuiswacht op Kazooie, mijn twintig jaar oude dwergpapegaai, en onze poes Aline, die ook reeds haar jongste jaren achter zich heeft liggen. Terwijl ik daar maar lig te liggen, dringt zich ineens de gedachte op:  “Damn! Ik heb het te pakken!”  

Ik heb het te warm. Instant barst het zweet me uit. Alarm! Aline komt miauwend mijn kamer binnen. Haar bezoek dicht ik magische allures toe: het wordt in sommige kringen immers gezegd dat katten ziekte aanvoelen en ‘absorberen’. Ze wandelt rond en legt zich elders. Hoef ik niet door haar genezen te worden? Leerde ook zij al social dys-dance-ing¹?  

De focus op mijn lichamelijke sensaties (warmte, zweet) doet me haast de reden van m’n piekeren vergeten. Sinds februari vorig jaar woon en werk ik in Nederland. Een heel scala aan administratief medewerkers, voormalig werkgevers, opleiders en huidige inter- en supervisors, hielp me mee met het verzamelen van mijn paperassen & het insturen van een dossier om de erkenning als gezondheidszorg (GZ)-psycholoog te verkrijgen. Een GZ-psycholoog in Nederland bekwaamde zich tijdens een tweejarige postacademische vorming in psychodiagnostiek en behandeling van diverse psychische klachten. Wie deze (beschermde) titel heeft kan zich laten registreren in het BIG-register dat de kwaliteitsstandaarden bepaalt voor mensen die een Beroep in de Individuele Gezondheidszorg uitoefenen.  

Alle inspanning ten spijt leverde me dit niet de gehoopte erkenning op. Wel werd ik vrijgesteld van de tweejarige GZ-opleiding als dusdanig en sprak de persoon aan de lijn me bemoedigend in dat “het hele land daarna openligt voor iemand met jouw profiel”. Een beloftevol perspectief. Daar heeft een mens al eens iets voor over, toch? Met honderd cursusuren psychodiagnostiek, bijkomende supervisie en een aanpassingsstage kan ik na een jaar toch deze titel en registratie in het BIG-register bekomen.

Het is waar wat ze zeggen: ik genoot geen bijkomend postgraduaat psychodiagnostiek. Als GZ-psycholoog moet je nu eenmaal all round zijn en weten wie je voor je hebt zitten, zo klinkt de redenering. Psychodiagnostiek, en dan nog liefst persoonlijkheidsdiagnostiek, biedt helderheid. Ook hierin kan ik de BIG-commissie geen ongelijk geven: uit mijn curriculum vitae begrepen ze als de besten dat ik niet om een extra cursus of opleiding verlegen zit. Ze wisten me dus correct te peilen.   

Een klinisch-diagnostische bril 

Willens nillens moet ik me bijgevolg verhouden tegenover een discours over professionele deskundigheid dat hier, in Nederland, dominant aanwezig lijkt – al ervoer ik de uitwassen hiervan ook al toen ik nog werkzaam was in België. Net als andere collega’s die nog geen GZ-opleiding genoten, word ik als basispsycholoog beschouwd en betaald. Het doet mijn ego geen deugd. Och ja.   

Dat er verschillen zijn in hoe ik ben opgeleid en hoe de meerderheid van mijn huidige collega’s lijkt te zijn opgeleid, ervaar ik in hoofdzaak tijdens cliëntbesprekingen. Hun klinisch-diagnostische bril voelt scherpzinniger dan die van mij. Ik trek het even op flessen: men is gericht op oplossingen, een strak plan van aanpak en doelgericht handelen. Ik voel me soms een ‘geitenwollensokpersoon’ wanneer ik het heb over – ik zeg maar wat – intenties en effecten of voorstel een cliënt een brief te schrijven.

Ook in overleg met externe hulpverleners merk ik iets gelijkaardigs. Zo wordt bijvoorbeeld vaak over jongeren in termen van persoonlijkheidsstoornissen gesproken. Wie zich iets gereserveerder opstelt, heeft het dan op z’n minst over een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling. Het gaat me niet om de vraag wie het bij het rechte eind heeft. Wel stel ik me vragen bij hoe iemands functioneren gekleurd wordt naargelang de lens van waaruit we kijken.   

Dit alles doet me spelen met mijn professionele identiteit. Gekrenkt om als basispsycholoog te worden beschouwd, pas ik de handtekening in m’n e-mailberichten af en toe aan, naargelang welk van mijn titels ik het meest in de verf wil zetten. Kinderachtig? Waarschijnlijk. En op de koop toe krijg ik er ook nog keuzestress door.

Wat wel fijn is, is dat m’n huidige werkgever ruimte biedt om vertwijfelingen te verwoorden. Dit geldt ook voor wat betreft de cliëntgebonden existentiële vraagstukken waar ik in mijn werk tegenaan loop. Vooralsnog lijkt dit vooral te leiden tot moedwillige collega’s die me trachten te inspireren met antwoorden en mogelijke oplossingen. Helaas: ik ben een eigengereid persoon: ik hoef geen pasklare antwoorden of oplossingen.

Wat ik wel nodig heb, is meer reflectieruimte – geen sinecure, overigens, in agenda’s die al drie maanden van tevoren staan volgepland. Al zijn er uiteraard collega’s die een psychotherapeutisch perspectief genegen zijn, op die momenten mis ik het toch om bij mijn voormalig collega Sofie aan te kloppen, even dramatisch te doen, en dan te luisteren naar hoe zij de situatie zou bekijken en meerstemmigheid en invloed in een gestold verhaal zou trachten zichtbaar te maken.

Gelukkig kan ik nog steeds op haar vertrouwen, zijn mijn intervisiegenoten digitaal nooit veraf en weet mijn supervisor in België deskundig om te gaan met de e-mails die ik hem stuur om even samen te zitten omtrent de vragen die ik niet helder kan verwoorden. Oef.  

Ook op andere vlakken ben ik zoekend naar hoe ik me tegenover dominante discourses, maatschappelijke ordeningen en relationele praktijken kan verhouden. Zoals onderliggende boodschappen over verantwoord burgerschap die momenteel prevalent in de samenleving circuleren. De solidariteitsacties die de eerste coronagolf kenmerkten – ik denk nog steeds met een warm hart terug aan de ‘berenroutes’ en het dansen op het liedje Jerusalema – lijken te zijn weggeëbd. Solidariteit schuilt nu in het nemen van een vaccin: je doet het voor elkaar. En voor onze helden in de zorgsector.

Mag ik me over deze redenering verwonderen en even in veralgemeenheden spreken? Men groet mekaar amper op straat. In sommige wijken weet men niet eens wie de buren zijn. Anonimiteit maakt aangifte mogelijks makkelijker in geval van overtreding van de coronamaatregelen, maar of hetzelfde geldt inzake melding van intra-familiaal geweld durf ik niet te stellen. En dan laat ik het vraagstuk of een bestraffend en penitentiair systeem niet tot nog meer onrecht leidt in een maatschappij nog maar even voor wat het is.

Onbetrouwbare lichamen

Nog steeds splitsen politieke en economische belangen het land, al leek het kortgeleden nog dat het vooral Brussel was waar de vaccinatiegraad het laagst lag – in hoofdzaak bij Brusselaars met een (niet-westerse) migratieachtergrond, aldus de berichtgeving. Ook zag ik laatst een affiche van een hogeschool die de opleiding tot verpleegkunde aantrekkelijker wil maken: in de spotlight staat een wit silhouet met een wapperende cape. De bijhorende slogan: iets als ‘Word jij onze nieuwe held?’ Het is absoluut waar: heldenwerk wordt verricht. Al een eeuwigheid. Met een minimale bezetting. Door lange uren te draaien. Onderbetaald. Want helden handelen niet uit winstbejag.   

Ik stel vast dat mijn lichaam in toenemende mate iets onbetrouwbaars wordt. Zouden ook andere mensen die zonder chronische ziekte leven of wiens lichamen geen opvallende reden van verhoogde medische, sociale en/of politieke zorg en controle vormen, iets dergelijks ervaren? Gezondheid lijkt niet langer vanzelfsprekend. Ook niet op niveau van de samenleving, waarvan ik de indruk heb dat men en masse het privilege van de illusie van onaanraakbaarheid verliest.

Overigens lijkt de ene crisis de andere dreiging op te volgen. Soms in tandem, soms in koor. Een constante lijkt in ieder geval de economische crisis, die doorheen alle andere heen peddelt. Anderen zijn meer voorbijgaand van aard (of lijken dat toch te zijn), worden stilgezwegen (wie hoort nog van het klimaat?), of wordt er ons van beloofd dat beterschap op komst is.

Ik denk terug aan hoe een aantal jaar geleden politie en militaire eenheden zichtbaar in het straatbeeld patrouilleerden omwille van een verhoogde terreurdreiging. Daar hoor ik eigenlijk niets meer van. De geheime diensten zullen hun werk goed doen, veronderstel ik. Momenteel lijken politie en militairen uit het straatbeeld te zijn vervangen door borden die ons erop attenderen anderhalve meter afstand te houden van mekaar. Of komen ze toch nog op de proppen tijdens manifestaties?   

Minder breed gedeelde verhalen

Polarisering viert hoogtij. Misschien werd ik blind voor de initiatieven van verbinding, maar het lijkt me dat de samenleving grofweg ingedeeld raakt(e) in twee kampen: mensen die zich wel en mensen die zich niet lieten vaccineren, ongeacht hun redenen. Ik vrees dat deze tweedeling enkel nog maar meer tot uitersten gedreven wordt. Toen ik in het centrum van m’n nieuwe stad wandelde, zag ik posters voor evenementen met een banner ‘Verboden voor ongevaccineerden’. Mensen die geen CSP kunnen voorleggen, komen nergens nog binnen.

Er lijkt amper ruimte voor minder breed gedeelde verhalen. En wie daar toch oor voor heeft, wordt gegarandeerd mis geïnformeerd. Bovendien worden aan iemands motieven zich wel/niet te laten vaccineren, identiteitsconclusies verbonden. De een is een niet-kritische slaafse burger, de ander een anti-vaxer. Zowel inter- als intragroepsverschillen raken in de strijd om waarheidsgevechten en verantwoord burgerschap verloren. Gelukkig zijn er ook nog mensen die begrip voor mekaar opbrengen, ongeacht iemands vaccinatiestatus. Kunnen ook deze – onze – stemmen méér gehoord worden? 

Ik geeuw. Het elastiekje van m’n beugel knapt. Damn. Nu moet ik toch nog mijn lekker warme bed uit.  Of hoe betekenissen plots kunnen verschuiven.  

_____

 Pieter Lucas  Heye

¹ Het Griekse voorvoegsel dys betekent gestoord, gebrekkig. Met deze woordspeling verwijs ik, uiteraard, naar social distancing, wat tegenwoordig voor elk van ons wel een of andere voelbare en geleefde betekenis kreeg.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe uw reactie gegevens worden verwerkt.