Ik sta in het werkveld als seks- en relatietherapeut. Aan de reacties te merken vinden veel mensen dat een opwindend gegeven. Misschien omdat thema’s als seks en relaties zowat iedereen aan gaan? Het boeit, het leeft, er zit wat sensatie en sappigheid op.
Nu is het niet altijd evident je in dit vak te onderscheiden van de gekende TV-persoonlijkheden als Goedele, Kaat of Lotte. Vaak zijn deze namen het eerste beeld waar men aan denkt bij de term ‘seksuoloog’. Ik heb heel veel respect voor wat zij doen. Toch doe ik graag wat anders.
Ik wil me vooral onderscheiden door een therapeutische houding en werkwijze die vertrekt vanuit een systemisch perspectief. Weg van het idee dat er bij mij snelle tips, tricks, adviezen en oplossingen te ronselen zijn die je seksleven en relatie (terug) van de grond brengen of zelfs naar een hoger niveau tillen.
Dat maakt het – vind ik – des te interessanter werken. Het is echter iets lastiger voor de cliënt die voor me zit en er vaak wél vanuit gaat dat ik die quick fixes kan aanbieden.
En: gemakkelijker gezegd dan gedaan. Op sommige momenten is het vechten tegen de bierkaai … en dan vooral tegen het dominante discours van ‘de maakbare mens’, en dus ook ‘de maakbare relatie’ en ‘de maakbare seks’.
Een schurend spanningsveld
Als je het internet opent en iets opzoekt over seks vind je meteen ontelbaar veel artikels met als titel: “7 gouden tips voor…”, “Krijg zin in 5 minuten”, “Met deze tips krijg je meer zin in seks”, “Zo word je beter in bed”, “Zo krijg je meer zelfvertrouwen tijdens seks”. Zo gaat het eindeloos door. Dit is niet alleen het geval in de zichtbare, populaire media, ook in mijn opleiding seksuologie sloop dit discours enigszins binnen.
Nu mijn opleiding systeemtheoretische psychotherapie zopas is afgerond, merk ik meer en meer een wrijving. Daar waar de systeemtheorie pleit voor complexiteit, onoplosbaarheid, verdragen van spanning en verschil, staat er aan de andere kant een groot gedragsmatig bastion dat pleit voor een geprotocolleerde aanpak van verschillende klachten en diagnoses, met resultaat en succes als doel. Het voelt soms alsof er zo snel mogelijk oplossingen of adviezen moeten worden geboden, om even snel resultaat te zien.
Na vier jaar te zijn ondergedompeld in het systeemtheoretisch perspectief, ben ik veelal niet meer akkoord met deze aanpak. Ook de ervaring leert me dat het niet zo simpel is om veranderingen tot stand te brengen, en vooral duurzaam te maken.
Kan je als seksuoloog verschillende kaders en mensbeelden enigszins samenbrengen binnen één en dezelfde therapeutische ruimte? Hoe ervaren andere therapeuten dit? Hoe kan je het verschil en de frictie tussen perspectieven kaderen en taal geven? En vooral: hoe kan je dit vertalen naar de cliënt, die zélf vervat zit in het grote oplossingsgerichte discours rond maakbaarheid?
Fix our sex
Een koppel, halverwege de dertig, komt samen op gesprek. Ze vormen al tien jaar een paar en hebben twee jonge kinderen van twee en vier jaar oud. Hun seksuele relatie staat op een laag pitje, een klacht die hen naar mij brengt. “De sleur zit erin”; een bekende uitspraak. Er is op zich veel liefde en toewijding, maar de passie en het vuur zijn uitgedoofd. Dat doet me meteen denken aan Esther Perel. Om het met haar woorden te zeggen: seks en verbondenheid gaan niet altijd samen.
Als ik deze visie op tafel leg bij het koppel, kijken ze me vreemd aan. Een partnerrelatie heeft naast veiligheid en liefde ook nood aan avontuur en risico’s, zo leg ik uit. Ook bij dit koppel speelt dit mee. Ze zijn vooral ouders en streven daarbij stabiliteit en veiligheid na. Het partnerstuk is sinds de komst van de kinderen veel meer naar de achtergrond verdwenen. Net dát stuk waar ze voelen dat het ‘vroeger anders was’.
Hoewel ze de context (h)erkennen, is er toch een dwingend appel: ‘fix our sex’. Op het einde van de intake kijken ze alsnog met grote ogen naar mij: En nu ga jij dit, alstublieft, voor ons oplossen. Zeg ons gewoon wat we moeten doen en hoe.
Ja, maar, hoe? Kan dat? Wat wordt er hier gevraagd? Wat verwachten ze juist? Hoe zien ze dit? Welk beeld hebben ze voor ogen?
Systemisch bekeken
Een gekende systemische ingang is om te ‘verbreden’. Wanneer ik met het koppel een visualisatie maak van de eindeloze lijst aan invloeden in hun leven, zien ze enigszins dat er niet veel tijd, ruimte, energie, … overblijft in hun alsmaar drukkere levens. Het brengt hen tot bewustwording, al is hun eerst volgende gedachte dat er tijd moet worden vrijgemaakt – een extra ‘to do’ op de lijst – wat in mijn ervaring ook vaak geen soelaas biedt.
Als systeemtherapeut bespreek en onderzoek ik samen met het koppel verschillende contexten. Contexten waarin een andere verhouding misschien mogelijk wordt, zoals een meer erotische verhouding, naast de gewoonlijke, geroutineerde rollen en verantwoordelijkheden die ze dragen doorheen de dag.
Daarnaast zijn we als systeemtherapeuten in het bijzonder aandachtig voor ‘wat men denkt of zegt over…’ En laat een seksuele relatie daar nu in het bijzonder erg gevoelig aan zijn. Het lichaam, dat een belangrijk deel uitmaakt van deze seksuele relatie, staat bij uitstek onder invloed van maatschappelijke vertogen. Vaak wordt dit echter niet beseft.
Ook dit koppel staat slechts heel vluchtig stil bij de veranderende contexten van hun lichamen. Ouder worden, minder vlinders in de buik, twee kinderen op de wereld zetten, lichamen die aan elkaar gewend zijn geraakt… En toch… Toch grijpen ze met nostalgie terug naar die eerste maanden, jaren, waarin ze elkaar de kleren van het lijf scheurden. Het zijn die ervaringen waar het koppel terug naar verlangt, maar dan wel in een heel andere context.
Vermoeide lichamen
Het lijkt alsof we op grote schaal getraind zijn in het oplossingsgericht denken – in combinatie met een normatief en individualistisch mensbeeld – als een algemene visie om dingen aan te pakken. Kort door de bocht: óf het werkt óf het werkt niet. En als het niet werkt, dan moet je het oplossen tot het wel werkt. Dat klinkt allemaal wel zo simpel, maar schijn bedriegt.
Dit aanvoelen en deze spanningsvelden delen met collega’s is niet vanzelfsprekend. Het werkveld is niet zo dik bezaaid is met seksuologen, en nog minder met seksuologen die het combineren met een opleiding systeemtherapie.
Het zou fijn zijn indien deze tekst onder therapeuten een gezamenlijk ‘systemisch seksuologisch’ denken kan helpen ontplooien. De bekommernissen van de mensen die we begeleiden gaan niet ‘zomaar’ veranderen door naar een therapeut te stappen. Ik ga daarin ook akkoord met Paul Verhaeghe, die in zijn laatste filosofisch geïnspireerde boek ‘Intieme Vreemden’ schrijft dat het lijf collectief op is. Hij schrijft over de burn-outs, depressies, oververmoeidheid die de hele samenleving tekenen.
Ik zou daaraan als hypothese willen toevoegen dat onze lichamen te moe zijn om nog veel te investeren in seksualiteit. En tegelijk hechten we er vaak heel veel belang aan, paradoxaal genoeg. Maar ook passie vraagt tijd en engagement, aldus Esther Perel. Zolang we dat niet beseffen, en seksualiteit alleen maar toevoegen aan alle dagelijkse opdrachten, krijg je volgens mij meer van hetzelfde.
Niet op recept
Een seksuele relatie is dus niet ‘zomaar’ maakbaar, er bestaat geen 1-2-3 receptje voor. Er is geen standaard stappenplan, geen gouden regel. Dat idee werkt zowel voor mezelf als voor cliënten vaak geruststellend, maar vormt anderzijds een lastige boodschap.
Toch brengt het vasthouden aan dit narratief binnen mijn praktijk een bepaald ontspannend effect teweeg: de druk valt ietwat weg. Soms geeft dat ook al een positieve wending aan de seksuele relatie van een koppel. Het is een zoektocht om die veranderende lichamen in steeds evoluerende contexten ook een erotische verhouding aan te meten.
‘Wat werkt er voor mij, voor ons, op dit moment?’ is daarbij een belangrijke richtinggevende vraag.
_____
Hanne Golsteyn is klinisch psycholoog, seksuoloog, relatietherapeut en systemisch psychyotherapeut. Ze heeft een eigen praktijk in Gent.
Bedankt Hanne, voor je systemische ideeën als seksuoloog! Sekstherapie heeft nood aan systeemtheoretische inzichten. Jouw tekst geeft alvast een eerste aanzet.
Een boeiend, verbredend perspectief dat rust en mildheid kan brengen aan veel van onze cliënten. Bedankt, Hanne!
Waw ! Geweldig artikel! Ik zit zelf nog in volle opleiding Seksuologie én Cliëntgerichte Psychotherapie. En ja, ook vanuit die laatste stroming staan we ontzettend veel stil bij de “complexiteit, onoplosbaarheid, verdragen van spanning en verschil” zoals jij het zo mooi omschrijft. Ik ben ook echt fan van het Systemisch gedachtegoed, dus dit was een heel fijn artikel om te lezen.